RI&E is een afkorting voor Risico Inventarisatie en Evaluatie. De RI&E is bedoeld om gevaren en risico’s op het gebied van Gezond en Veilig Werken te inventariseren. Hierdoor krijgt een werkgever inzicht in de werksituatie. Vervolgens kunnen acties worden uitgezet om de arbeidsrisico’s binnen de organisatie te verbeteren. Op deze manier wordt een veilige werkomgeving geboden.
Het doel van een RI&E is het verkrijgen van inzicht ten aanzien van Gezond en Veilig Werken binnen de organisatie. De RI&E is een nulmeting. Pas als je weet welke risico’s er zijn kan een passend plan van aanpak worden opgesteld. In dit plan staan passende maatregelen om de risico’s te verkleinen en de algemene omstandigheden te verbeteren.
Of je nu (arbo) gecertificeerd bent of niet, als organisatie moet je invulling geven aan de Arbowet. De Arbowet verplicht iedere werkgever om een Arbobeleid te voeren dat zo veel mogelijk gericht is op optimale arbeidsomstandigheden. Het opstellen en uitvoeren van een RI&E is opgenomen in Artikel 5 van de ARBO wet. Werkgevers moeten werknemers optimale arbeidsomstandigheden bieden.
Wie moeten een RI&E opstellen en uitvoeren?
Alle organisaties (uitzondering: ZZP) moeten een RI&E opstellen en uitvoeren. Het is aan de werkgever zelf om de gevaren en risico’s binnen de organisatie te identificeren en op te nemen in de RI&E en het bijbehorende plan van aanpak (PvA) op te stellen. De werkgever is verplicht om zich bij te laten staan en advies te vragen aan één of meer deskundige werknemers, zoals de Preventiemedewerker.
Iedere organisatie moet ten minste één werknemer aanwijzen als Preventiemedewerker. Dit mag geen externe zijn. De aanwijzing moet formeel worden vastgelegd aangezien dit met instemming moet gebeuren. Hierbij moeten zowel de positionering als de taken van de Preventiemedewerker worden vastgelegd. Indien een bedrijf minder dan 25 werknemers heeft mag de directeur deze taak zelf op zich nemen.
Welke taken heeft de Preventiemedewerker?
De Preventiemedewerker heeft drie wettelijke taken welke beschreven staan in de Arbowet (artikel 13,lid 7)
Hiernaast kan een Preventiemedewerker ook andere taken vervullen zoals de rol van vertrouwenspersoon, het geven van voorlichting of het ondersteunen van de BHV organisatie.
Een RI&E bestaat uit een inventarisatie van gevaren en risico’s op het gebied van Gezond en Veilig Werken en de maatregelen welke genomen zijn om deze risico’s weg te nemen of te verminderen.
Er moet ook worden gerealiseerd dat werknemers toegang hebben tot een Preventiemedewerker of een andere Arbodeskundige (zoals Bedrijfsarts, Arbeidshygiënist, Veiligheidskundige of Arbeids- en Organisatiedeskundige).
Welke gevaren worden in een RI&E opgenomen?
Gevaren met betrekking tot:
Uit de RI&E kan blijken dat er aanvullend onderzoek of specifieke inventarisaties noodzakelijk zijn. De werkgever is dan verplicht om de RI&E verder uit te diepen. Bij risico’s op ongevallen met bijvoorbeeld grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen moet een aanvullende RI&E (ARIE) worden uitgevoerd.
Hoe bepaal je welke maatregelen moeten worden genomen?
Maatregelen moeten worden opgesteld volgens een arbeid hygiënische strategie zoals:
Eerst wordt gekeken of bronmaatregelen uitgevoerd kunnen worden. Indien deze om technische, uitvoerende en economische redenen niet uitgevoerd kunnen worden kan een trap gezakt worden. Voor elke trap moeten een beoordeling plaatsvinden. Voor maatregelen m.b.t. CMR stoffen geldt dat indien deze om technische redenen niet uitgevoerd kunnen, enkel dan mag een trap gezakt worden anders niet. Maatregelen uit verschillende trappen kunnen gelijktijdig uitgevoerd worden. Daarnaast kunnen administratieve maatregelen worden geplaatst zoals het aanbrengen van signalering en verbodsborden.
Het is verstandig om ook medewerkers mee te laten denken over de maatregelen. Dit creëert veiligheidsbewustzijn en betrokkenheid bij het uitvoeren van het plan van aanpak.
Hoe voer je de maatregelen door?
Het is belangrijk dat de maatregelen worden gecommuniceerd met de betreffende medewerkers. Zij moeten op de hoogte zijn van de gevaren en zich committeren aan de gestelde maatregelen. Dit kan door het houden van bijvoorbeeld bij een dagstartmeeting, toolboxmeetings of veiligheidstrainingen. Maatregelen vanuit het Plan van Aanpak moeten verplicht worden uitgevoerd. Hierbij moet rekening worden gehouden met de prioritering zodat de gevaren met het grootste risico het eerst worden opgepakt.
Indien een bedrijf méér dan 25 werknemers heeft moet de RI&E en het opgestelde Plan van Aanpak worden getoetst door een gecertificeerde arbodienst of een gecertificeerde Arbokerndeskundige. Zij beoordelen of de ingevulde RI&E compleet en betrouwbaar is en uitgaat van de huidige stand van wetenschap en techniek en zullen de werkgever hierover adviseren.
Er hoeft geen toetsing van de RI&E plaats te vinden wanneer:
De RI&E moet actueel zijn. Het staat niet in de wet, maar geadviseerd wordt deze elke 3 jaar te herzien. Deze herziening moet eerder plaatsvinden bij grote wijzigingen binnen de organisatie. Het plan van aanpak moet jaarlijks worden herzien om de status van de beheersmaatregelen te bepalen en actie te ondernemen indien noodzakelijk. Eén keer per jaar is natuurlijk te weinig om snel te kunnen reageren op gevaren. Het is van belang dat periodiek werkplekinspecties worden uitgevoerd. Tijdens deze inspectie worden de genomen maatregelen uit het Plan van Aanpak getoetst en mogelijk bijgesteld. Ook is van belang dat medewerkers zich vrij voelen om gevaren te benoemen en te melden zodat tijdig maatregelen kunnen worden getroffen.
Is de RI&E van jouw organisatie op orde en actueel? Goed bezig! Weet je niet waar je moet beginnen, dan staan onze QHSE Consultants voor je klaar. Neem vrijblijvend contact op voor de mogelijkheden.
Reduce Risk, Create Value!
Bronnnen: wetten.overheid.nl, ondernemenmetpersoneel.nl, RIE.nl en arboportaal.nl